Op vraag van een afvalverwerkend bedrijf, onderzocht men in het Insectlab van VIVES een fruitmix als substraat voor BSF-larven. Over de samenstelling was niet veel gekend, enkel dat het mango en avocado bevatte. Of de larven even goed groeien en of hun eiwit- en vetgehaltes even hoog zijn als van larven gekweekt met kippenvoeder lees je in dit bericht.    

BSF-larven lusten wel een stukje tropisch fruit

Proefopstelling  

Het standaardprotocol voor het testen van reststromen met BSF-larven werd toegepast. Larven van zes dagen oud werden per 100 verdeeld over negen potjes. Eerst kregen alle larven 10g kippenvoeder, twee dagen nadien (dag 8) kregen drie potjes fruitmix terwijl de overige zes potjes met kippenmeel gevoederd werden. Drie dagen later (dag 11) werden nog eens drie potjes gevoederd met fruitmix. De overige drie potjes werden verder opgekweekt met kippenvoeder als referentie.  

Groei en opbrengst  

De larven die fruitmix kregen vanaf hun 8ste levensdag kwamen veel minder bij dan deze gekweekt op kippenvoeder. Het verschil is wel beduidend kleiner wanneer de larven fruitmix kregen vanaf de leeftijd van 11 dagen (figuur 1).

Larven die vanaf dag 8 fruitmix kregen, bereikten slechts 64% van het gewicht van de larven gekweekt op kippenvoeder. Voor larven die vanaf dag 11 fruitmix kregen, steeg de opbrengst wel tot 82% (figuur 2). Fruitmix_fig1.JPG
Figuur 1: Groeicurves die de evolutie van het individuele gewicht van BSF-larven, gekweekt op kippenvoeder gemengd met water (30/70), op fruitmix vanaf 4 maart (= 8 dagen) en 7 maart (= 11 dagen) weergeven.

Fruitmix_fig2.JPG
Figuur 2: gewicht van 100 BSF larven, gekweekt op kippenvoeder gemengd met water (30/70) en fruitmix vanaf 8 en 11 dagen.


Samenstelling van larven en voeders
Het viel vooral op dat de larven gekweekt op de fruitmix veel vetter waren dan deze gekweekt op kippenvoeder (figuur 3). Er is dus een samenhang tussen het vetgehalte in het voeder en het vetgehalte van de larven. Uit andere studies van het Insectlab is gebleken dat BSF-larven niet veel vetten nodig hebben om zelf een vetgehalte van boven de 30% te halen. Zolang er maar voldoende goed verteerbare koolhydraten aanwezig zijn.  Dit werd ook nu vastgesteld voor de larven gekweekt op het vetarme kippenvoeder. Het is de eerste keer dat een olierijk substraat (40% vet op DS) zoals de avocadorijke fruitmix getest werd.  De vetgehaltes van de gekweekte larven stegen tot boven de 50%, wat opmerkelijk hoog is.

Onderzoekers uit het Insectlab vermoeden dat een aanzienlijk deel van die vetten nog in het darmstelsel aanwezig zijn. BSF-larven zetten koolhydraten en vetzuren uit hun voeder grotendeels om in laurinezuur (C12:0). Accumulatie van vetzuren uit het voeder werd al onderzocht bij BSF-larven gekweekt op visolierijke substraten. Of er hier sprake was van opname van deze vetzuren in het lichaam, of gewoon opstapeling in de darm werd niet achterhaald.

De eiwitgehaltes van de larven hebben verband met de eiwitgehaltes van de voeders (figuur 4). De larven die fruitmix kregen, bevatten minder eiwitten dan deze gekweekt op kippenvoeder. Belangrijke opmerking hierbij is dat de eiwitconversies (= % eiwit van het voeder dat in de larven terecht kwam) van de larven gekweekt op fruitmix hoger waren dan van de larven gekweekt op kippenvoeder.
Fruitmix_figuur3_def.JPG
Figuur 3: vetgehaltes van BSF-larven, gekweekt op fruitmix vanaf 8 en 11 dagen en kippenvoeder gemengd met water (30/70) (= KV) en de voeders waarop ze gekweekt werden.

Fruitmix_figuur4_def.JPG
Figuur 4: eiwitgehaltes van BSF-larven, gekweekt op fruitmix vanaf 8 en 11 dagen en kippenvoeder gemengd met water (30/70) (= KV) en de voeders waarop ze gekweekt werden.

Conclusies  

Het kan zeker interessant zijn om deze fruitmix te gebruiken als substraat voor BSF-larven. Met een zuivere fruitmix werk je best met larven die tussen de 8 en 11 dagen oud zijn omdat ze de olierijke voeding dan beter kunnen verteren. Je voorziet best een basis die de olie kan observeren. In dit experiment was het kippenvoeder.

Een alternatief is om de larven vanaf de leeftijd van 6 dagen te voeden met een mengsel van kippenvoeder (of een ander olie absorberend substraat) en fruitmix. Dit moet nog verder onderzocht worden op grotere schaal om betrouwbare conclusies te kunnen trekken.

De testen in het Insectlab zijn dan ook een eerste screening. Hier worden interessante substraten geselecteerd voor verder onderzoek. Bij de fruitmix was de screening geslaagd.

>> Download hier het volledige rapport

Meer info
Thomas Spranghers
VIVES
E. thomas.spranghers@vives.be
T. +32 (0)51 23 23 30


Gekoppelde thema's & sectoren: